Use Dark Theme
bell notificationshomepageloginedit profile

Munafa ebook

Munafa ebook

Read Ebook: Heilige Banden: Roman by Fokker Abraham Anthony

More about this book

Font size:

Background color:

Text color:

Add to tbrJar First Page Next Page Prev Page

Ebook has 939 lines and 34231 words, and 19 pages

,,Nou?" drong Paula.

,,Och, zie je, niet erg.... Maar, als jij 'm in huis wil houden."

,,Als Willem gek wordt, is hij zeker niet kwaadaardig. Mijn goeie zooltreder kan niet anders dan een bizonder mak gekje worden, en zoo iemand is een juweel van een man, en een puikje van een schoonzoon: nooit klachten, nooit ruzie.... Nou u, moeder?"

,,Ik weet niet, kind; maar als jij 't zegt.... Mijn man die dood is, jou goeie vader, was wel lastig--dat is zoo--maar...."

,,U had toch liever niet dat hij gek was geweest.... Groot gelijk, moeder. U is toch een brave ziel. Gelooft u nu vast dat ik dat alles zooeven gemeend heb? Och kom! 't Komt terecht, hoor. Gek! Geen idee van."

,,'t Doet me heusch pleizier, kind."

Mevrouw Lindes lachte schaapachtig, en sliep weer in.

Ondertusschen was Paula lang niet zoo zeker van het ,,terechtkomen" in kwestie, als ze wel voorgaf te wezen, en onwillekeurig dacht ze verder door over de mogelijkheid van verstandsverbijstering bij Larsen. 't Vooruitzicht lachte haar niet toe; want ze had vast geloofd aan een volkomen herstel der betrekkingen met hem, en een terugkeer van de oude toestand. Dan, ze wenschte hem niets kwaads, ja 't zou haar in alle oprechtheid leed doen als zulk een ramp hem zoo plotseling alle verder geluk onmogelijk zou maken. He, nee, 't was akelig, griezelig, zoo iets.... Ze wilde aan wat anders denken.

Met ongeduld wachtte ze die avond op de dokter. Larsen had weer niets willen eten, had ook geen woord gesproken, zelfs geen klaaggeluid doen hooren. Ze werd er wee van het aan te zien. Had hij geslapen? Ze wist het niet.

De arts vond de zieke lang niet bevredigend, wist nog niet wat te denken, maar zeide weinig of niets. ,,Rust.... en nog eens rust." Hij beloofde de volgende dag terug te komen.

Zoo ging het dagen achtereen, alleen met dit verschil, dat de pati?nt de tweede dag wat at, telkens weinig en machinaal, na herhaald aandringen. Hij sliep veel en onrustig, droomde of ijlde--soms moeilijk te onderscheiden; want zijn gansche toestand leek ?en verdooving.

Wat hij sprak liep steeds over 't zelfde: Paula, zijn echtscheiding, haar ontrouw, zijn kind. En, hoe verward de woorden ook waren, Paula bemerkte duidelijk hoe steeds deze ?ene gedachte hem door 't hoofd gespookt had: de onherstelbaarheid hunner breuk. Zoo, hij had dus ook die zeven voorafgaande dagen steeds dat denkbeeld gehad, dacht ze, en ze voelde zich teleurgesteld: ze had zich zijn zwijgen gedurende die dagen als een gunstig overgangs-tijdperk voorgesteld! Nu was ze voorzichtig genoeg te zorgen, dat er geen getuigen waren bij die al te openhartige uitingen. De dokter kwam telkens maar even. Hij zeide iets van ,,cerebralis" en van ,,stupor", herhaalde zijn rustvoorschrift, en liet verder alles op zijn beloop. Haar moeder hield ze zorgvuldig buiten de ziekenkamer, en deze vond 't veel te aangenaam Paula's weelderige huishouding te besturen, om in dit verbod iets hinderlijks te vinden, verondersteld al dat ze ooit iets hinderlijk vond wat van haar dochter uitging.

Wat Paula trof in Larsen's ijlen was een verward plan om te vluchten samen met Didi, ver weg, als eenige uitredding; en telkens had hij 't over een huisje waar ze samen woonden, vader en dochter elkaar vertroostend in de eenzaamheid....

Hij had dus over z?o iets gedacht? Dat moest dan wel: hoe kwam hij er anders aan? In zoo'n geval zou zij er al heel leelijk aan toe zijn....

Bij h?ar was de mogelijkheid van zulk een vlucht nooit opgekomen: verbeeld je, hij, die doodgoeie proza?sche Larsen! 't Was al te romantisch. En hij zou 't slim moeten aanleggen ook, dat zij 't niet merkte.... Maar toch.... juist omdat ze zoo iets nooit vermoed had, zou 't hebben k?nnen gebeuren.... Goed dat ze nu gewaarschuwd was. Ander gevaar had ze nooit gevreesd. Haar uitlatingen waren immers zonder getuigen gesproken: hij had er toch geen gebruik van kunnen maken....

Zoo had Paula stof te over om na te denken, terwijl ze haar zieke oppaste.

Het denkbeeld om Van Thiemen in de arm te nemen, dat door Larsen's schijnbaar onderworpen houding op de achtergrond gedrongen was, vertoonde zich weer: ja, van die kant was wel hulp te wachten, als ze 't maar handig aanlegde. En handig w?s ze! Ze was een van die vrouwen die een aangeboren takt schijnen te bezitten voor alles wat ze ondernemen. Iedereen nam ze met de grootste gemakkelijkheid voor zich in. Daarbij een aan 't na?eve grenzende natuurlijkheid--bij h?ar hoogste kunst--die niemand eenige valschheid deed vermoeden, ja menigeen iedere verdenking daarvan met verontwaardiging van zich deed werpen.

Ja, ze moest naar Van Thiemen, en zoo spoedig mogelijk. Ze kon nu moeilijk hem bij zich aan huis ontvangen. De aanwezigheid van de zieke in huis zou onwillekeurig een drukkende invloed op de stemmingen uitoefenen--bij Van Thiemen echt, bij haar als gedwongen fraaiigheid.

Lukte haar opzet bij hem niet--'t kon gebeuren, ofschoon ze er al heel weinig bang voor was--wel, dan zou ze zelf zien te handelen. In alle geval kon Van Thiemen haar wel van raad dienen, al wilde hij niet daadwerkelijk helpen.

Paula liet geen gras groeien over wat ze zich voornam.

Voor 't bezoek aan de rechtskundige raadsman koos ze de avond. 's Avonds, na het diner, is de beschaafde mensch gewoonlijk het best gestemd en 't meest vatbaar voor indrukken, en hier hing het welslagen der onderneming van beide factoren af.

's Avonds alleen op bezoek te komen bij een vrijgezel vond ze in dit geval verre van ongepast: Van Thiemen was de vriend van haar man, en, nu deze ziek was, lag daarin voldoende verontschuldiging voor haar om, na een dag van trouwe oppassing, 's avonds van een oogenblik van vrijaf gebruik te maken. Bovendien, al ze? de wereld ook iets--ze maalde er wat om: zij verkoos zoo te handelen, en daarin voelde ze zich als een vorstin: zij gaf aan wat behoorlijk was, en liet het aan anderen over slaafs een anders opinie te ontzien.

Ze belde aan, en trof Van Thiemen thuis.

't Bezoek viel hem op als ongewoon, hij dacht aan kwade tijding van zijn vriend. Begeerig de reden van haar komst te vernemen, zette hij zich over een gevoel van tegenzin heen. En met zijn gewone hoffelijkheid ontving hij Paula in zijn salon.

Zij zat er toen hij binnenkwam. Zij voelde er zich behagelijk: 't was er zoo recht gezellig en smaakvol: geen wansmaak en overvulling zooals ze bij zooveel anderen--collega's van haar man bijvoorbeeld--waargenomen had. 't Was duidelijk dat hier de salon geen pronkkamer was, waar alleen Zondags en anders bij buitengewone gelegenheden de huisbewoners durven zitten, en waar in de tusschentijd muffigheid en koude ongezelligheid heerschen. Evenals in zijn studeerkamer had Van Thiemen hier een harmonisch gemeubeld, behangen en versierd vertrek ingericht. Hier was alles lila en wit, behalve het mollige tapijt en de gordijnen die havana-kleurig waren. De piano stond dwars, en was eveneens gedrapeerd in die kleuren. Het daarachter gevormde hoekje had een tegen de muur staande hoekbank, lila-en-wit-geverfd hout. Een dergelijke bank, maar grooter, liep links en rechts van de andere hoek aan dezelfde wand; terwijl tegenover den achterkant der piano een zwarte standaard met een fraai wit beeld--een buste--prijkte. Een groote spiegel met witte lijst boven de schoorsteen, waarop een bronzen beeld met uurwerk. Daarnaast en bij de andere hoek een sierlijke palm. Een enkel doek op een ezeltje tusschen de beide vensters, verder een tafeltje met weinig stoelen en fauteuils. Eindelijk drie groote aquarellen met witte lijsten--alle drie heerlijke bloemstukken van groote meesters--en een elektrische lamp met licht-lilakleurige lelievormige pitten.

De suite-deuren waren dicht. In den grooten haard brandde een klein vuur van briquetten. Een zachte flauwdoorgeurde temperatuur vervulde het vertrek.

Paula had net een blik in de spiegel geslagen, en zich overtuigd dat ze er bekoorlijk uitzag, toen de deur openging.

,,Mevrouw!" zei Van Thiemen met zijn stem vol mollige buiging. ,,Waarmee kan ik U van dienst zijn? U is wel, hoop ik?"

,,O, meneer Van Thiemen, dank u. Hoe maakt u 't?"

,,Een beetje druk, mevrouw, overigens volkomen gezond."

,,Ik kom u niet lang ophouden,"--een lachje--,,ik heb uw raad noodig. En, u begrijpt"--dit met neergeslagen blik--,,overdag geeft mijn man me te veel te doen, om aan uitgaan te denken. Daarom kom ik op dit ongewone uur."

,,O," zei Van Thiemen, die inmiddels plaats genomen had--zij op een hoekbank, hij erv?or--,,dat maakt niets uit. Hoe is 't met de zieke?"

,,O, dat gaat, dank u. Ik hinder u dus niet?"

,,Ik heb zelfs liever dat u 's avonds komt: dan ben ik meestal thuis."

,,Erg druk tegenwoordig, meneer Van Thiemen?"

,,Och, dat schikt. Ik ben veel in Den Haag. Koninklijke Bibliotheek," liet hij volgen, als achtte hij noodig deze verklaring te geven.

,,Ook al studies, net als Larsen?"

,,Wat zal ik u zeggen, mevrouw?" Van Thiemen draaide zijn knevel op en keek in de lucht. ,,'t Hoort zoo bij 't baantje--bij 't ,,prof" zijn!"

Hij lachte even. En zij vleiend en ondeugend:

,,Nu ja, prof en prof is twee. U is geen professor in de eigenlijke beteekenis."

,,Och kom, mevrouw!"

,,Natuurlijk niet, en dat weet u zelf ook wel. Om te beginnen kleedt u zich te goed, en dan is u in 't algemeen niet aartsvervelend. Dames kunnen daarover oordeelen."

,,Ik neem 't laatste aan, ofschoon ik 't compliment--hoezeer ook met erkentelijkheid aangehoord--niet zoo grif aanvaarden kan."

,,Larsen bij voorbeeld is vervelend."

,, ! "

,,U kent hem. O, maar ik heb u nog niet goed verteld hoe 't met hem is." Ze had hem nooit doen weten dat er eenig gevaar bestond, en wilde dat ook nu niet doen. ,,Hij is iets beter, eet ten minste weer."

,,Wel, ik verheug me 't te vernemen."

,,Hij had zich wat overspannen."

,,Ja? Hij werkt veel...."

,,Ja, en.... dan," weer met neergeslagen blik, ,,we hebben een verschil van gevoelen gehad, voor 't eerst van eenigszins ... ernstigen aard...."

,,Zoo." Van Thiemen vond de wending in 't gesprek onaangenaam.

Add to tbrJar First Page Next Page Prev Page

Back to top Use Dark Theme