Use Dark Theme
bell notificationshomepageloginedit profile

Munafa ebook

Munafa ebook

Read this ebook for free! No credit card needed, absolutely nothing to pay.

Words: 16469 in 8 pages

This is an ebook sharing website. You can read the uploaded ebooks for free here. No credit cards needed, nothing to pay. If you want to own a digital copy of the ebook, or want to read offline with your favorite ebook-reader, then you can choose to buy and download the ebook.

10% popularity

ZOO'N NONNA!

DOOR KARAMATI .

UITGEGEVEN TE AMSTERDAM DOOR DE UITGEVERS-MAATSCHAPPY ,,ELSEVIER" MDCCCC.

VADER EN DOCHTER.

Domine Dauteville zat dien avond in zijn sanctum. Niet dat dit vertrek in zijn woning iets had, dat rechtens aanspraak kon maken op den naam heiligdom... Alleen in zooverre althans was het woord toepasselijk, dat het verboden terrein was, behalve voor de enkele ingewijden. Die enkele ingewijden waren zijn weleerwaarde zelf en een paar intieme vrienden.

Hij zat er dien avond alleen, zooals trouwens meestal. En het verdroot hem. De Zaterdagavond was anders waarlijk niet een geschikte tijd om thuis te zitten. Maar 't kon nu eenmaal niet anders. Hij was verkouden en 't was buiten >>hondenweer:" 't regende en woei en de straten waren wanhopig slikkerig. Domine Dauteville was een voorzichtig man, en hechtte bizonder aan 't behoud van zijn gezondheid. Wie als hij op reeds meer dan middelbaren leeftijd een krachtig lichaam had en bogen kon op een jeugdig knap voorkomen, zou immers dom doen met die godsgaven lichtvaardig om te springen.

Domine Dauteville w?s knap en wist het. 't Was zijn lievelingsdenkbeeld, zijn troetelidee, dat hem zelden verliet. Hij koesterde het als 't dierbaarst kleinood van zijn innerlijk leven. En al verbood de bescheidenheid, hem opgelegd als zieleherder, erover te spreken in menschelijke taal, 't sprak toch op eigen wijze in zijn houding, zijn manieren, zijn gebaren, zijn toon: 't beheerschte zijn heele denken en doen. Domine Dauteville was de mooiste predikant in den Haag, wellicht de knapste in 't heele land...

Niets van 't kwezelachtige gladgestrekene in zijn gelaat, niets van onsmaakvolle, zoogenaamd deftige, geschorenheid of schippersbaarddracht, zooals bij velen zijner ambtgenooten. O neen, hij had veeleer iets krijgshaftigs in den sierlijken opwaartschen krul van zijn donkeren knevel en 't daarbij behoorend >>vliegje" op de onderlip, iets z?o >>ondomine-achtigs," dat tal van collega's er inwendig over ontsticht waren, en ronduit zijn uiterlijk in hooge mate ongodsdienstig vonden. Ongodsdienstig! dacht Domine Dauteville, alsof zoo iets van 't uiterlijk afhing: de kwezels! ze zijn jaloersch!

Van 't innerlijk hing 't af; maar... nu ja een mensch is een mensch. Overigens... hij predikte menschenmin en alle andere schoone deugden. Hij had zelf meer tot het goede opgewekt en zeker ook veel meer 't goede--bij anderen--bevorderd dan hij zelf ooit kon gefaald hebben, en de verhouding van goed en kwaad in iemands leven daar kwam het toch eigenlijk maar op aan.

En welsprekend was Domine Dauteville immers ook. Hij bezat dus de gave harten te winnen, zielen te kneden. Merkwaardigerwijs won hij altijd meer vrouwelijke harten en zielen dan andere. Dat lag aan zijn uiterlijk! En dat was zijn schuld niet. 't Vrouwelijk gemoed is nu eenmaal vatbaarder voor zulke indrukken dan 't mannelijke... Bovendien wekt een mooie man zoo licht een ander gevoel dan bewondering bij sekse-genooten. Jaloezie is daar niet vreemd aan. En dan, mocht een predikant niet tevreden en dankbaar zijn voor wat de Heer hem aan, wel is waar vergankelijk, schoon had geschonken, waarmee hij meer geschikt was dan anderen om met zijn woord te boeien?

Domine Dauteville had reeds jaren velen geboeid, velen voor zich ingenomen. Hij had als erfdeel van zijn Hugenootsche voorvaderen de levendigheid en aantrekkelijkheid der Franschen in zijn gansche persoon, in heel zijn optreden.

Hij had--nu een twintigtal jaren geleden--toen hij nog in Indi? was, ook het zieltje geboeid van een onschuldig, argeloos kind, eenige dochter van een schatrijk landheer in West-Java. Ze was zijn vrouw geworden. Na een kort geluk, was 's man hartenveroveren haar--der creoolsche met inlandsche hartstochten--een ergernis, daarna een pijniging geworden. Ze zag weldra met een jaloezie tot krankzinnig wordens toe, dat ze vrij haar man bewonderen mocht, maar dat hij voortging met bewondering te zoeken en te vinden bij ettelijke anderen, en dat hij weldra anderer hulde stelde boven de hare. En die anderen waren vrouwen als zij... Zij bezweek na enkele jaren, hem achterlatende met een kind, een meisje, dat de moederzorgen nog noode missen kon. Hij nam een huishoudster en was spoedig getroost over 't verlies. Clara was een zijner catechisanten geweest, hij had haar aangenomen, hij had haar kind gedoopt, en, toen hij op 't kerkhof bedankte voor de goede woorden door een vriend over de doode uitgesproken, had hij bijna ook haar lijkrede gehouden, als hij zich niet bij tijds bedacht had, dat het niet paste hier den vrijen teugel te laten aan zijn weelderige welsprekendheid.


Free books android app tbrJar TBR JAR Read Free books online gutenberg


Login to follow ebook

More posts by @FreeBooks

0 Comments

Sorted by latest first Latest Oldest Best

Back to top Use Dark Theme